De koningin der druiven woont in Duitsland
Twee wereldoorlogen hebben het imago van Duitsland geen goed gedaan. Ook het imago als wijnland niet. En toch worden er wijnen gemaakt, die bij de meeste verfijnde ter wereld horen.
Je verwacht het niet. Wijn wordt geassocieerd met mysterie, poëzie en goede smaak. Duitsland staat bekend voor zijn rationele organisatie, worsten en bier. En toch behoort het land tot de wereldtop in wijnen van de "koningin der druiven", de riesling.
Hoe komt dat? Er zijn geen geheimen in de wijn: het draait altijd om dezelfde factoren.
Het klimaat: Duitsland ligt noordelijk en dat is uiterst geschikt voor de riesling, omdat zij traag moet rijpen om complexiteit en finesse te ontwikkelen. De bodem: Duitsland heeft prachtige terroirs van onder meer leisteen en vulkanisch gesteente, wat de wijnen een mooie mineralige expressie geeft. De ligging: heel wat wijngaarden liggen op zeer steile hellingen, waardoor de invalshoek van de zon optimaal is en de afwatering vlot verloopt. De verzorging van de wijngaard: de steile hellingen verplichten de wijnbouwers om manueel te werken en te oogsten. Kennis en ervaring: Duitsland heeft een lange wijntraditie, waarbij de meeste wijndomeinen kleinschalig en ambachtelijk zijn gebleven, en sinds generaties in familiebezit zijn. (Het Duitse wijnareaal is zo groot als Bordeaux, pakweg 100.000 ha, maar telt 68.000 domeinen. Dat zegt genoeg.)
Het resultaat van dit wonderlijke samenspel van factoren? Namen als Egon Müller, Franz Künstler, von Bassermann-Jordan, Bürklin-Wolf, Wittmann, Keller, Juliusspital, Zilliken en andere, zijn in kringen van wijnliefhebbers wereldberoemd geworden. Maar ook schaars: Duitsland vertegenwoordigt slechts 3,5 % van de wereldproductie. Wat zich vertaalt in de prijzen.
Duitsland heeft zeer dure wijnen: een fles riesling trockenbeerenauslese van Egon Müller, nochtans van een recente jaargang, werd ooit geveild voor drieduizend euro. Maar troost je: Duitsland heeft wijn in zowat alle prijsklassen, ook de allerlaagste. In de supermarkt koop je voor 90 eurocent een fles "Liebfraumilch". Helaas is de kwaliteit lang niet zo lieflijk als de naam, en heeft deze zoeterige wijn de reputatie van Duitsland als wijnland lange tijd grondig verknoeid.
De terughoudendheid van wijnliefhebbers om Duitse wijn te leren kennen, heeft ook te maken met de ingewikkelde wijnwetgeving en dito etiketten. Ik onderneem een poging om hier klaarheid in te scheppen. Eerst en vooral zijn er de grote wijncategorieën, net zoals in Frankrijk: Tafelwein (vergelijkbaar met "vin de table"), Landwein ("vin de pays"), QbA (Qualitätswein Bestimmter Anbaugebiet) en QmP (Qualitätswein mit Prädikat). Hoe hoger de categorie, hoe strenger de eisen waaraan de wijn moet voldoen.
Maar let op. In de hoogste QmP-klasse heb je nog een onderverdeling die te maken heeft met de rijpheid van de druiven op het ogenblik van de pluk: Kabinett, Spätlese, Auslese, Beerenauslese, Trockenbeerenauslese. Er is ook "Eiswein", waarbij men beerenauslese- druiven laat bevriezen zodat alleen het niet-bevroren extract geperst wordt en de wijn aan zoete concentratie wint.
U bent er nog? Beerenauslese en Trockenbeerenauslese zijn respectievelijk zoet en zeer zoet. Kabinett, Spätlese en Auslese kunnen "trocken" (droog), "halbtrocken" (halfdroog) en "lieblich" (fruitig zoet) zijn. "Trocken" en "halbtrocken" zijn termen die je op het etiket terugvindt. Staan die niet vermeld, dan is de wijn "lieblich" en zal je dat typische fruitige zoet smaken, dat meestal als reden wordt aangehaald wanneer iemand Duitse riesling afwijst. Ik begrijp dat. Ook ik moest gewoon worden aan die smaak die soms aan Traubensaft doet denken. De zuren zijn echter altijd in voldoende mate aanwezig zodat zelfs zoetere riesling nooit kleverig wordt. En voor Prädikatwijnen is chaptaliseren (toevoegen van suiker) in Duitsland verboden, zodat alle zoetheid afkomstig is van de natuurlijke suikers van de druif. Maar aan hen die toch niet overtuigd raken, zeg ik: zoek op de etiketten het woord Kabinett, Spätlese of Auslese, in combinatie met het woord "trocken". (En in combinatie met een goede wijnbouwer, maar dat geldt voor elk land.)
Je maakt dan kennis met een wijn die in de wereld zijn gelijke niet kent. Een magnifiek evenwicht tussen fruit en zuur. Pure finesse en elegantie, de tegenpool van chardonnay uit de Nieuwe Wereld. Vaak zeer mineralig: je ruikt en smaakt er het gesteente zo door. En een onwaarschijnlijk verouderingspotentieel, omwille van de zuren. Laat trouwens nooit de kans voorbijgaan om een oude, gerijpte riesling te proeven: de diepgang en complexiteit (met toetsen van honing, leder en pétrolé) en de olieachtige textuur zijn een ware verrukking. Je gaat zowaar nog van het land houden.