Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Heeft Hongarije, naast de zoete tokaj, ook droge wijnen?

wijnnieuws

Heeft Hongarije, naast de zoete tokaj, ook droge wijnen?

Als wijnland is Hongarije vooral bekend om zijn zoete tokaj, gemaakt van druiven die door de goedaardige schimmel botrytis worden aangetast, net zoals in Sauternes. Alleen is de traditie van tokaj twee eeuwen ouder. Tokaj is overigens de naam van de streek, niet van de druif. De belangrijkste druif heet furmint, en daarvan wordt nu steeds vaker droge witte wijn gemaakt. Zoete wijn blijft overal in de wijnwereld een nicheproduct.

Maar Hongarije heeft nog meer droge witte en rode wijnen. Het land ligt naast Oostenrijk, en het is dan ook niet verwonderlijk dat druiven die in Oostenrijk goed gedijen, dat ook in Hongarije doen, zoals chardonnay, pinot noir en blaufränkisch (in Hongarije bekend als kékfrankos). Er worden ook heel wat autochtone druiven geteeld, vaak met tongbrekende namen als hárslevelű, királyleányka en kéknyelű, wat commercieel niet bepaald een voordeel is.

Hongarije heeft een ideaal klimaat voor wijnbouw en een even rijke wijncultuur als de wijnlanden in West-Europa. Maar door het communisme werden de Hongaarse wijnen een tijdlang uit de internationale markt gedreven. Vandaar dat de wijnen bij ons nog grotendeels onbekend zijn.

Eén Vlaming bracht daar verandering in: Emanuel Van Melkebeke, die als student in voedingsleer deelnam aan een uitwisselingsproject tussen de Universiteit van Gent en die van Boedapest. Voor zijn thesis verdiepte hij zich in de Hongaarse wijnbouw, en na het behalen van zijn diploma bleef hij nog vier jaar ter plaatse. Waarna hij in ons land zijn invoerzaak Roi des Rois opstartte.

Ik reisde met hem door Hongarije en ervaarde er dat Hongaren qua mentaliteit nauw aansluiten bij de Belgen: ze houden van lekker eten en drinken. Altijd een goed begin om goede wijn te kunnen maken. In Eger, ten oosten van Boedapest, maakte ik kennis met de traditie van een krachtige rode wijn die Bikáver heet, wat "stierenbloed" betekent, een blend van autochtone en Franse druiven. De naam verwijst naar een legende van Hongaarse soldaten in de 17de eeuw, die in hun gevecht met de Turkse bezetter wijn dronken gemengd met bloed van stieren, waardoor ze de strijd konden winnen.

In het noordwesten bezocht ik de kleine opkomende wijnregio Somló, gelegen rond een uitgedoofde vulkaan. De ondergrond is rijk aan vulkanisch gesteente, wat voor een expressie van vuursteen in de wijnen zorgt. Ik ontmoette er Zoltán Balogh (foto), een hippe informaticus en wijnblogger, die op zijn kleine domein van 3 hectare experimenteert met vergeten druiven zoals de juhfark, wat "schapenstaart" betekent. Hier woonden vroeger immers veel schaapherders, en met een beetje verbeelding kan je in de tros van de druif de staart van een schaap herkennen.

Zo heeft elk wijnland zijn verhalen en tradities. En draagt daardoor bij aan de wonderlijke rijkdom van de wijnwereld.

 

 

 

Invoerders:
Roi des Rois ( Heusden )