Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Uit het archief van de wijnschrijver

gerijpte artikels, columns, verhalen, reportages

Is een fles wijn 85.000 euro waard?

Duurste witte wijn ooit verkocht in Londen

In Londen werd 85.000 euro betaald voor een fles Château d'Yquem uit 1811. Dat is een zoete witte wijn uit Sauternes, een wijnappellatie in Bordeaux. Als enige wijn uit dit gebied heeft hij de hoogste status van "grand premier cru classé". 1811 gaat door als een van de beste wijnjaren ooit.

De koper is de Franse verzamelaar en restaurateur Christian Vanneque, die ze naar eigen zeggen kocht voor zijn nieuwe restaurant in Bali. De verkoper is The Antique Wine Company, een bedrijf gespecialiseerd in zeldzame wijnen. In een notendop bevat deze deal alle elementen die de business in dure wijnen vandaag kenmerken.

Het eerste element is de publicitaire waarde. Niet voor niets koopt Vanneque deze wijn net nu hij een nieuw restaurant in Bali opent. Berichten over zulke recordprijzen verschijnen doorgaans wereldwijd in de media. 85.000 euro mag dan veel lijken voor een fles wijn, voor een wereldwijde reclamecampagne is het een koopje. Vanneque kondigde ook meteen aan dat hij de wijn zal tentoonstellen in zijn nieuwe restaurant, de SIP Sunset Grill. Elke autodealer kan je vertellen waarom hij zijn topmodel in de etalage zet: het doet de andere modellen beter verkopen.

Het is evenmin een toeval dat het om een restaurant in Azië gaat. Vandaag zijn het vooral de Aziaten die de gekste prijzen voor bordeauxwijnen betalen, enerzijds vanuit hun fascinatie voor de westerse welvaart en wijncultuur, anderzijds vanuit de drang om te tonen dat zij nu ook beschikken over rijkdom en een verfijnde smaak.

Dat brengt ons bij een derde element in de luxewijnbusiness: de mogelijkheid om handel te drijven met hoge winstmarges. Vanneque beweert wel dat hij de wijn zelf zal drinken, maar zou dat plan nog doorgaan indien hij een fantastisch bod krijgt van een steenrijke Aziaat? Hij is goed geplaatst om te weten welke waanzinnige prijzen rijke mensen bereid zijn te betalen voor exclusieve wijnen: op zijn 20ste was hij al sommelier in de Parijse driesterrentempel La Tour d' Argent, toen het culinaire bedevaartsoord van de rijken en machtigen van deze planeet (nu een vergane glorie, teruggevallen op één Michelinster).

Vanneque besefte ook snel dat Azië dè groeimarkt is voor wijn en andere luxeproducten: in 2000 creëerde hij een luxegids voor Bali, met daarin de meest exclusieve restaurants, hotels, welnesscentra en winkels. Nu is hij er zelf restaurateur. De aankoop van deze Château d'Yquem moet je in dat ruimere kader plaatsen: het zet Christian Vanneque op de kaart van de business waarin hij actief is.

Maar waarom precies Château d'Yquem uit Sauternes? Heeft deze wijn echt die uitzonderlijke kwaliteit die deze prijs verrechtvaardigt? Ik heb al d'Yquems uit verschillende jaargangen gedronken (gelukkig zonder ervoor te moeten betalen), en iedereen zal moeten toegeven dat het om een nobele wijn van grote klasse gaat: weelderig, rijk en complex, met toch veel fraîcheur door zijn ruggengraat van aciditeit. Maar d'Yquem is niet de enige topwijn in de wereld: waarom is hij dan duurder dan andere? Omdat wijn - net zoals andere goederen - onderhevig zijn aan de economische wet van vraag en aanbod: schaarste creëert hogere prijzen.

Sauternes is op zich al een klein wijngebied in een heel grote wijnwereld: amper 2.000 hectare. Het bezit bovendien een zeldzaam microklimaat waarin de druiven aangetast worden door een nobele schimmel, botrytis. Deze droogt de druiven uit, zodat hun zoetheid sterk geconcentreerd wordt. Dat verlaagt ook drastisch het oogstrendement, wat het effect van schaarste nog versterkt. Van d'Yquem worden jaarlijks ongeveer 100.000 flessen geproduceerd, één vijfde van wat een gemiddeld Bordelees topkasteel aflevert.

Château d'Yquem wordt in Sauternes als de absolute nummer één beschouwd. Hij is de enige zoete "grand premier cru classé" in de beroemde classificatie van bordeauxwijnen uit 1855. Dat was een marketingoperatie "avant la lettre" waarbij de wijnen geklasseerd werden volgens hun toenmalige verkoopwaarde (en dus niet hun kwaliteit). Die rangschikking werd nooit gewijzigd, hoewel er perioden zijn geweest dat lager gerangschikte kastelen beter presteerden, en hoger gerangschikte het lieten afweten. Maar die eerste plaats heeft d'Yquem altijd een groot publicitair voordeel opgeleverd. Laat ons bovendien niet vergeten wie de eigenaar is van d'Yquem: de wereldwijde luxemultinational LVMH, ook eigenaar van luxemerken als Dom Pérignon, Veuve Clicquot, Krug, Ruinart, Louis Vuitton, Loewe, Kenzo, Givenchy, Dior, Guerlain en De Beers. De distributie- en marketingkracht die een dergelijke groep kan uitoefenen, is niet te onderschatten. In Bordeaux is de romantiek van de familiale wijntraditie allang opgegaan in de zakelijke realiteit van banken en multinationals.

Rest de vraag: kan een wijn uit 1811 nog drinkbaar zijn? Het is een feit dat je zoete wijn - door zijn geconcentreerde fruitmaterie en hoge aciditeit - langer en beter kan bewaren dan droge wijnen. De invloedrijke Amerikaanse wijncriticus Robert Parker proefde ooit d'Yquem 1811 en gaf hem de topscore van 100 op 100. Dat wil niet zeggen dat het exemplaar van Vanneque even goed zal zijn: hoe ouder een wijn wordt, hoe meer verschil er ontstaat tussen de flessen. Wijnen worden immers in verschillende omstandigheden bewaard en getransporteerd. Eén zaak staat wel vast: topscores van Robert Parker drijven de prijzen van een wijn de hoogte in.

Op de vraag naar de drinkbaarheid kan je ook met een wedervraag antwoorden: is het bij dergelijke deals nog wel de bedoeling om de wijn effectief te drinken? Wat zou u zelf doen? Er 85.000 euro door jagen op één avond, of wachten op een bod waarmee u een veelvoud kan verdienen?

Over die business in oude wijnen vertel ik u graag een persoonlijke anekdote. Ooit liet ik mij verleiden om van het geboortejaar van mijn dochters (1995) zes flessen Les Carruades de Lafite te kopen, de tweede wijn van Château Lafite-Rothschild, een "premier grand cru classé" uit Pauillac. Ik betaalde er ongeveer 30 euro per fles voor. Uit nieuwsgierigheid deed ik één fles open: de wijn was mager, schraal en zurig. Een tweede fles leverde dezelfde proefervaring op. Omdat Lafite-Rothschild op dit ogenblik een hype is in China, bracht ik mijn overige vier flessen naar een handelaar die daar contacten heeft. Ik kreeg er 250 euro per fles voor. Natuurlijk zou de handelaar die voor een nog hoger bedrag aan iemand in China verkopen. Ik bedacht dat de uiteindelijke koper dus opgezadeld zou zitten met slechte wijn voor een ridicuul hoge prijs. En dat dergelijke wijnen allicht in groten getale over de wereldbol circuleren: wijnen die echte wijnliefhebbers kwijt willen, en door rijke would-be-wijnliefhebbers gekocht worden.

Ik wil daarmee niet gezegd hebben dat dit ook geldt voor deze d'Yquem 1811. Vergeleken met zijn prijs gaat mijn anekdote trouwens over een peulschil. Maar het geeft, op een lager niveau, wel aan dat een groot deel van deze business in oude dure wijnen pure oogverblinding is. Helemaal geen zaak van liefhebbers of kenners. Maar van zakenlui.