Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Wordt topbourgogne onbetaalbaar?

wijnnieuws

Wordt topbourgogne onbetaalbaar?

In Bordeaux zijn al heel wat wijnkastelen in handen van financiële groepen en rijke investeerders. Nu is Bourgogne aan de beurt.

"De prijzen zijn compleet crazy geworden!" zucht de Vlaamse invoerder Jean-Paul Remon van Vinesse, een specialist in wijnen van Bourgogne. Dat komt omdat rijke investeerders hun oog hebben laten vallen op het hart van deze wijnstreek, de Côte d'Or, in 2015 uitgeroepen tot UNESCO Werelderfgoed. Daar liggen de beroemdste en best gelegen wijngaarden met klinkende namen als Romanée-Conti, Chambertin, Montrachet, Clos de Vougeot, Corton-Charlemagne. Die behoren tot de topcategorie van "grand cru", waarvan er in de Côte d'Or maar 32 zijn. En het zijn precies deze wijngaarden waarin de investeerders geïnteresseerd zijn. Ze bieden er fabelachtige sommen voor, en jagen daardoor de prijzen van gronden en wijnen de hoogte in.

"Daar komt bij dat er de laatste jaren door de weersomstandigheden minder druiven geoogst konden worden", zegt Remon, "Daardoor is er minder bourgogne op de markt, wat de prijsstijging nog versterkt."

Bernard Arnault is een van de rijkste Fransen, en de topman en belangrijkste aandeelhouder van LVMH (Louis Vuitton Moët Hennessy), een van de grootste mode- en luxemultinationals ter wereld. Arnault zag in dat ook wijn in het rijtje van luxeartikelen past. Reeds in 1998 kocht hij voor 131 miljoen euro het mythische Château Cheval Blanc in Bordeaux, samen met onze landgenoot Albert Frère.
Daarna kocht hij nog andere wijnkastelen overal ter wereld, maar pas in 2014 toonde hij interesse voor Bourgogne. Hij kocht er het Domaine des Lambrays, zo genoemd omdat het de volledige grand cru-wijngaard Clos des Lambrays in bezit heeft. Zo'n monopolie is zeldzaam, de meeste wijngaarden - ook die met de titel van grand cru - zijn in Bourgogne verdeeld onder verschillende eigenaars. Arnault betaalde 100 miljoen euro voor amper 11 hectare wijngaard, bijna 10 miljoen euro per hectare, wat de prijs per hectare in Bordeaux ver overtreft.

François Pinault is eveneens een van de rijkste Fransen, en bezit met Kering ook een internationale mode- en luxegroep. Hij kocht reeds in 1993 voor 110 miljoen euro Château Latour, een van de vijf premiers grands crus classés in Bordeaux, de top van een historisch klassement dat al sinds 1855 bestaat. En ook hij liet pas recentelijk zijn oog vallen op Bourgogne. Eerst kocht hij het Domaine René Engel in Vosne-Romanée, dat hij prompt omdoopte tot Domaine d' Eugénie, naar de naam van zijn grootmoeder. Maar eind vorig jaar nam hij Clos-de-Tart over, ook een van die zeldzame domeinen die genoemd zijn naar een grand cru-wijngaard. De geschiedenis ervan gaat terug tot de twaalfde eeuw, Pinault werd de vierde eigenaar in 876 jaar tijd. Hij moest er wel de recordprijs van 250 miljoen euro voor neertellen. Voor 7,5 hectare wijngaard.

Vorig jaar streek een Amerikaanse miljardair in Bourgogne neer: Stan Kroenke, onder meer eigenaar van voetbalclub Arsenal en van het Californische cultwijndomein Screaming Eagle. Hij kocht 80% van een van de historische wijndomeinen van Bourgogne, Bonneau du Martray, dat 11 hectare van twee grand cru-wijngaarden in bezit heeft: Corton en Corton-Charlemagne. Enkele jaren eerder kocht de Amerikaan Michael Baum, een van de topfiguren uit Silicon Valley, het Château de Pommard.

Zoals in Bordeaux, zijn ook de Chinezen opgedoken in Bourgogne, deze keer vòòr de Europeanen en Amerikanen. In 2012 kocht Louis Ng Chi Sing, een Chinese magnaat van speelzalen in Macau, het Château de Gevrey-Chambertin in de gelijknamige beroemde wijngemeente. Het was verwaarloosd en bezit slechts 2 hectare wijngaard, maar is een symbool voor Bourgogne, met zijn geschiedenis die teruggaat tot de elfde eeuw en zijn status als historisch monument. De lokale gemeenschap probeerde de verkoop te verhinderen en bracht 5 miljoen euro samen. Maar Louis Ng Chi Sing bood 8 miljoen.
"De strategie van de Chinezen is dezelfde als die ze in Bordeaux volgden", legt Remon uit, "Ze zijn niet langer zeker van voldoende aanvoer van bourgogne naar China in de toekomst, en kopen daarom domeinen op om die aanvoer veilig te stellen."

Is deze interesse van rijke investeerders voor Bourgogne een zegen of een vloek? "Wijnbouwers kunnen er in één klap rijk door worden", zegt Remon, "Maar velen vrezen ook voor de vernietiging van de plaatselijke familiale wijncultuur."
De grondprijzen zijn de pan uitgerezen, zodat lokale wijnbouwers geen percelen meer kunnen bijkopen. Bovendien maken de hoge Franse successierechten het voor wijnbouwers onmogelijk om hun domein volledig door te geven aan de volgende generatie. Als er dan een spectaculair hoog bod komt, is de verleiding vaak niet te weerstaan.  

Hoe komt het dat Bourgogne pas nu in het vizier van rijke investeerders komt? Bourgogne heeft altijd een ander imago gehad dan Bordeaux. In plaats van een grote stad met internationale uitstraling en prestigieuze historische wijnkastelen, is Bourgogne een verzameling van kleine, rurale dorpjes met een gesloten cultuur en koppige wijnbouwers die hun domein liefst in de familie willen houden.
"Het wijngaardareaal is ook sterk versnipperd", voegt Remon daar aan toe, "Verschillende domeinen bezitten verschillende kleine percelen, waarvan ze verschillende wijnen in kleine hoeveelheden maken. Dat is moeilijker verhandelbaar dan één of twee wijnen uit een wijngaard van 100 hectaren en meer, zoals in de wijnkastelen van Bordeaux."

Kennelijk zijn die drempels voor investeerders nu weggevallen, wellicht ook omdat de mooiste deals in Bordeaux reeds gemaakt zijn. Het gevolg is nu al voelbaar: de prijzen van bourgognewijnen, vooral de grands crus en premiers crus (de categorie net daaronder), zijn de laatste jaren pijlsnel gestegen.
"Dertig jaar geleden kocht ik een fles van de grand cru Le Chambertin voor omgerekend vijftien euro", zegt Remon, "Vandaag wordt die op een veiling verkocht voor duizend euro."

"De tijd is voorbij dat de gemiddelde wijnliefhebber nog een topbourgogne zal kunnen proeven", schrijft de wijnjournalist Andrew Jefford in het Britse wijnmagazine Decanter.
Jean-Paul Remon nuanceert: "Voor de grote namen is dat inderdaad zo, de grands crus verkoop ik bijna niet meer. Maar er is ook nieuw opkomend talent dat nog niet zo bekend is, en waarvan de bourgognes nog betaalbaar zijn. Daar richt ik mij nu op, vòòr het te laat is."

 

 

 

Invoerders:
Vinesse ( Nieuwkerken-Waas (Sint-Niklaas) )