Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Uit het archief van de wijnschrijver

gerijpte artikels, columns, verhalen, reportages

Nicole

Op een van mijn vele zwerftochten doorheen Champagne wilde ik het domein van Pierre Moncuit bezoeken. Daar komt een van mijn favoriete champagnes vandaan

en het leek mij een goed onderwerp voor een reportage, dus had ik een afspraak gemaakt.

Het domein ligt in de befaamde Côte des Blancs waar de chardonnay op de kalkrijke hellingen bijzonder goed gedijt, meer bepaald in Le Mesnil-sur-Oger dat een mythische status heeft. Middenin dat dorp ligt immers de wereldberoemde Clos du Mesnil, een ommuurde wijngaard van slechts 1,85 hectare, geboortegrond van een van de duurste champagnes ter wereld (minstens duizend euro per fles). Ik heb al

eens het voorrecht gehad om in deze wijngaard een glas Clos du Mesnil 1998 te drinken. En telkens als ik in Le Mesnil-sur-Oger ben, kan ik het niet laten: ik moet even op bedevaart naar de Clos.

Dat deed ik nu ook, maar op het afgesproken uur belde ik aan bij Pierre Moncuit.

Ik moest dat meerdere keren herhalen, alvorens ik enig teken van leven hoorde.

Dan ging de poort open en werd ik onthaald door de dochter naar wie Pierre Moncuit zijn topcuvée heeft genoemd: Nicole. "Onthaald" is de verkeerde uitdrukking. "Binnengelaten als een hond" is een juistere omschrijving.

Een van de Belgische invoerders van Pierre Moncuit had me verwittigd dat Nicole - die vandaag de champagnes maakt - een stuurse, zonderlinge dame is. Ik ben dat gewend, wijnmakers zijn vaak zo. Ze leven opgesloten in hun eigen kleine wereld, ze kennen niets anders dan hun wijngaard en hun wijnkelder, je zou voor minder wat zonderlinge trekken gaan vertonen. Het is dan ook niet altijd makkelijk om een gesprek aan te gaan. Maar na enige tijd ontdooien ze wel, zeker als ze merken dat je geen wijnbarbaar bent, of geen arrogante betweter, en dat je - wat mooi meegenomen is - via een reportage iets voor hen kan betekenen.

Maar van bij de aanvang was het duidelijk dat Nicole een taaie tante is.

"Zet u", zei ze nors, "Wat moet u weten?"

Zelf bleef ze staan.

Ik begon aan mijn gebruikelijke inleiding over mijn werk als wijnschrijver, de krant waarvoor ik schrijf, en de reden van mijn bezoek. Misschien konden enkele vleiende woorden over haar champagnes tot een dooi in de betrekkingen leiden? Ik hoefde daarvoor niet eens te liegen. Maar Nicole reageerde slechts met diep gezucht, gekuch, geschraap van de keel, en andere geluiden die duidelijk moesten maken dat ze geen zin had in deze ontmoeting.

Uiteindelijk ging ze ook in een zetel zitten, waar ze tot mijn verbijstering de ogen sloot en deed alsof ze wilde slapen.

Ik had er geen zin in om zo behandeld te worden, stond op en zei: "Uw champagnes zijn eleganter dan uzelf, mevrouw." En ik vertrok.

Jarenlang heb ik de champagnes van nukkige Nicole niet meer gedronken. Een kwestie van principe: het is niet omdat je talent hebt, dat je je alles mag permitteren.

Maar op zekere avond had ik veeleisende wijnliefhebbers op bezoek. Dan treedt de alarmfase in werking. Zulke mensen moet je reeds bij het aperitief de mond snoeren, dus moet er minstens een topchampagne geschonken worden. Liefst van het buitengewone uitzonderlijke type, en als het even kan in meerdere varianten die je elkaar kan vergelijken. In mijn kelder trof ik twee jaargangen aan van - jawel - de "cuvée Nicole Moncuit". Dilemma. Kon ik dit laten liggen? Een topcuvée van uitsluitend chardonnay van oude wijnstokken, uitsluitend uit grand cru-wijngaarden, èn uitsluitend gemaakt in grote jaargangen? Ik zag 1996 en 1998 op de etiketten staan: hoe interessant zou het niet zijn om die twee met elkaar te vergelijken! Ik ging overstag: ten slotte was dit ver genoeg in de tijd om mijzelf te kunnen wijsmaken dat ze nog door vader Moncuit waren gemaakt.

Beide champagnes waren zeer verschillend: de 1998 delicaat en verfijnd, de 1996 krachtig en gestructureerd. Maar binnen de stijl van het jaar getuigden ze beiden van grote klasse. Die avond verzoende ik me weer met norse Nicole.