Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Uit het archief van de wijnschrijver

gerijpte artikels, columns, verhalen, reportages

Het Zuid-Afrikaanse wijnavontuur van een jonge Vlaming

Hij levert Zuid-Afrikaanse wijnen aan onze beste restaurants, en heeft in de Kaapprovincie 50 hectare grond waar hij zijn droom waarmaakt: een eigen Kaapse topwijn. Maak kennis met Koen Roose.

 Hij is nog geen veertig en heeft al verwezenlijkt waar vele wijnliefhebbers van dromen: een eigen wijndomein in zijn favoriete wijnland, weliswaar met financiële steun van een investeerder. Het terroir is schitterend: in Elgin, een koele streek, waar je dus wijnen met finesse kan maken. Koen droomt alvast van "een pinot noir van wereldniveau". De naam van het domein spreekt tot de verbeelding: Spioenkop, in heel Zuid-Afrika gekend als de plaats waar de Nederlandse "Boeren" slag leverden met de Engelsen. Koen wil er definitief met zijn gezin gaan wonen. Voor zijn Belgische invoerfirma, gekend door alle sterrenrestaurants in Vlaanderen, werkt hij met een gerant.

Hoe komt iemand, die voor industrieel ingenieur studeerde, in dit wijnavontuur terecht?

Koen Roose: "Ik kom uit een eenvoudige arbeidersfamilie uit de streek van Diksmuide, mijn vrouw is van hier, van Roeselare. Ik ben afgestudeerd als industrieel ingenieur, stapte in het bedrijfsleven, en volgde in avondschool wijncursussen, als hobby. Daar is de passie begonnen. Toen ik begon te dromen van een eigen zaak, was de link snel gelegd: ik wilde wijnen invoeren. Maar niet zomaar uit elke streek, er waren al voldoende invoerders die dat deden. Ik wilde me specialiseren. Toevallig las ik iets over Zuid-Afrika, en dat trok me wel aan, deels omdat ik toen dacht dat niemand daar nog mee bezig was. Maar ik wilde er niet aan beginnen zonder ter plaatse geweest te zijn. In 1998 ging ik er met mijn vrouw naartoe. Het was liefde op het eerste gezicht. Ik proefde er ook schitterende wijnen, waarvan ik dacht: die moet ik absoluut hebben. Uiteindelijk ben ik er twee jaar gebleven, in Stellenbosch, het hart van de Kaapse wijnbouw. Ik werkte er op wijndomeinen, raakte bevriend met wijnmakers, en kon bij hen logeren. Ik raakte er gekend als die "crazy jonge Belg", die alles over heeft voor zijn passie voor wijn. Na die twee jaar – weliswaar met tussenpozen in België – kende ik de streek door en door, en kon ik mijn invoerfirma beginnen met de crème de la crème, zoals Waterford, de Trafford en L'Avenir. Mijn vrouw had een stuk grond geërfd in Roeselare, daar hebben we ons huis, onze opslagplaats en onze winkel gebouwd. Ik ging alleen voor de echte grote wijnen en wilde vooral elegantie en finesse, iets wat de meeste mensen niet associëren met de Nieuwe Wereld. Als gevolg daarvan konden we wijnen leveren aan sterrenrestaurants, en dat is zo gebleven. Zelfs Comme Chez Soi, toch zeer Frans georiënteerd in zijn wijnkeuze, heeft wijnen van bij ons op de kaart. Ook ons particulier cliënteel bestaat hoofdzakelijk uit begoede mensen die met wijn en gastronomie bezig zijn."

Koen en zijn echtgenote vestigden zich dus in Roeselare, maar de heimwee naar Zuid-Afrika knaagde: "Ik bleef er maar van dromen, ik wilde terug. Het leven en de mensen zijn daar zo anders, ik kon dat niet meer missen. Ik kreeg het aanbod van François Naudé, wijnmaker bij L'Avenir, om er een tijd te komen wonen en werken. Jij hebt het, zei hij. Aan de wijnuniversiteit van Stellenbosch studeerden er volgens hem jaarlijks heel wat veelbelovende jonge wijnmakers af, die wel de kennis hadden, maar de passie misten. Intussen draaide onze zaak in Roeselare goed, we hadden een vertegenwoordiger op de baan. Mijn vrouw zei me dat zij de zaak perfect een tijd alleen kon leiden. En ik vertrok weer."

Op L'Avenir leerde Koen alles over wijn, van het werk in de wijngaard tot de botteling: "Daar heb ik echt begrepen hoe een druif en hoe wijn in elkaar zitten". Uiteindelijk kwam zijn leven erop neer dat hij twee keer per jaar voor een langere periode in Zuid-Afrika verbleef: van januari tot april of mei, en dan nog eens in het najaar. Hij leerde er ook de commerciële kant van de sector kennen: L'Avenir werd overgenomen door de internationale verzekeraar Axa en de groep Michel Laroche uit Chablis.

Koen doet enkele flessen open. De cabernet sauvignon van Waterford toont meteen dat zijn visie niet bij woorden blijft: getypeerd door zuiverheid, finesse en mineraligheid, is dit zonder meer een schitterende wijn, die alle vooroordelen over de Nieuwe Wereld overboord gooit.

Koen: "Ik wil wijnen uit de Nieuwe Wereld, gemaakt in de stijl van de Oude Wereld. Want er is méér traditie en kennis in de Nieuwe Wereld dan je zou denken. Maar je moet het land eerst goed kennen. Ik zeg altijd: wij verkopen geen Zuid-Afrikaanse wijnen, maar Zuid-Afrikaanse terroirwijnen. Dat maakt een groot verschil."

De cabernet sauvignon van het domein "de Trafford" overtuigt evenzeer. David Trafford maakt zijn wijnen op artisanale en biodynamische wijze, zijn wijngaard is een uniek stukje terroir op de top van de Helderberg. De wijn is opnieuw elegant en zuiver, met een ragfijn tannineraster op de achtergrond.

Vergeleken met andere wijnen van dit niveau zijn de prijzen redelijk: tussen 15 en 20 euro. Hoe komt het toch, zo vraag ik me af, dat Zuid-Afrika dan niet beter scoort bij wijnliefhebbers?

Koen: "Mijn selectie is helaas niet representatief voor het hele wijnland. Zuid-Afrika heeft de allernieuwste wijntechnologie, de wijnkelders zijn er van het hoogste niveau. Maar het werk in de wijngaard moet verbeteren. Tot hiertoe is Zuid-Afrika teveel het land geweest van het technisch bijsturen van wijnen. Er zijn fantastische terroirs in de Kaap, maar je moet ze leren exploiteren. En Zuid-Afrika zal zich moeten toespitsen op de druiven die het best bij haar terroirs passen: volgens mij vooral pinotage, cabernet sauvignon, shiraz en sauvignon blanc. Pinotage is echt mijn lievelingsdruif: bijzonder moeilijk te telen, en bijzonder moeilijk om er een goede wijn van te maken, maar als het lukt, is er geen complexere wijn in Zuid-Afrika te vinden. Daarnaast moeten de wijnstokken ouder worden. In Zuid-Afrika wordt al wijn gemaakt sinds de zeventiende eeuw, maar na de opheffing van de apartheid in de jaren negentig, toen de wijnexport weer aanzwengelde, wilden vele wijnbouwers met een schone lei beginnen: ze rukten hun wijnstokken uit om ze te vervangen door virusvrije en hoogproductieve klonen, die de groeiende vraag aankonden. Dat is jammer. Nu nog zijn er veel wijnbouwers die hun wijnstokken uitrukken als ze wat ouder en minder productief worden. Terwijl dan pas echt de grote wijnen gemaakt kunnen worden. En dat is mogelijk hier, zeker weten. Daarom wordt hier volop geïnvesteerd, vaak door Fransen. Die bekritiseren altijd wel de wijnen uit de Nieuwe Wereld, maar tegelijk kopen ze er gronden. Maar het moet gezegd: ze weten de beste te kiezen, in de koelere gebieden. Dat is nodig, want de opwarming van de aarde veroorzaakt in de Kaap duidelijk stijgende en soms zeer hoge temperaturen, waardoor de wijnen riskeren zwaarder en plomper te worden. Er moet dus gezocht worden naar koelte, omdat je alleen dan wijnen van wereldniveau kan maken, met elegantie en finesse. Vandaar dat ik zo gelukkig was toen ik in Elgin mijn grond van 50 hectare kon kopen: het is een heel koele streek, op een hoogte gelegen, dicht bij de zee."

Heeft hij dan geen angst voor een verslechtering van de politieke situatie, eens bijvoorbeeld Mandela sterft?

"Natuurlijk heb ik daar wel wat angst voor", zegt hij, "Maar ik heb nog meer angst dat ik op oudere leeftijd zou moeten zeggen: ik heb de kans gehad om mijn droom te verwezenlijken, en ik heb die kans verkeken."

 

www.kaapsewijnen.com