Waarom zijn bergwijnen vandaag zo gegeerd?
Ik ben er al lang een fan van, maar sinds kort groeit de belangstelling ervoor: bergwijnen. Of, zoals het op Franse wijnetiketten elegant wordt geformuleerd: vins d'altitude. "Wines of altitude" en zelfs "high-altitude wines" zie je nu ook steeds vaker op etiketten van wijnen uit de Nieuwe Wereld opduiken. De exacte hoogte boven de zeespiegel staat er zelfs bij vermeld. Wat maakt die wijngaarden op grotere hoogte plots zo interessant?
Vroeger waren de wijnbouwers ze liever kwijt dan rijk, omdat de druiven er zo moeilijk rijp werden. Ze lagen steevast in minder bekende gebieden die bovendien pas na veel aandringen een officiële erkenning kregen. Of had u vroeger al van de wijnen van Valle d'Aosta gehoord? In Piemonte kent u ongetwijfeld Barolo en Barbaresco, maar kent u ook Carema, Boca, Lessona, Gattinara, Ghemme, Sizzano? Daar worden ook wijnen van nebbiolo gemaakt, maar in hoger gelegen terroirs. Omwille van die hoogte, en de moeizamere rijping van de druiven, hebben die nooit de naam en faam van Barolo en Barbaresco verworven.
Uit Spanje kent iedereen Rioja en Ribera del Duero, maar heeft u al wijnen uit Ribeira Sacra geproefd, waar de druiven geteeld worden op steile berghellingen? En vroeger dronken we wijnen uit het grote gebied Languedoc, terwijl er pas sinds enkele jaren aandacht is voor afzonderlijke terroirs op grotere hoogte: Les Terrasses du Larzac, Montpeyroux, Pic Saint-Loup ...
Waarom staan die bergwijnen plots in de belangstelling terwijl wijnliefhebbers ze vroeger links lieten liggen? Het heeft te maken met de klimaatopwarming. In lager gelegen gebieden wordt het te warm, waardoor de hoger gelegen wijngaarden, waar het koeler is, aantrekkelijker worden. Heel wat wijngaarden hebben vandaag behoefte aan koelte. En die behoefte zal alleen maar toenemen.
Door koelte bouwen de druiven minder suikers op, wat zich vertaalt in minder alcohol. Bergwijnen kunnen nog een geruststellende 12,5 of 13% alcohol afficheren. Belangrijker nog is dat de druiven minder snel rijpen. Overdag schijnt er veel zon in de bergen, maar 's nachts koelt het er sterker af. Waardoor de rijping vertraagd wordt en de druiven meer tijd krijgen om aromatische expressie en complexiteit te ontwikkelen, om de tannines rijp te laten worden, en om de suikers te compenseren met voldoende zuren. Daardoor zijn bergwijnen vaak fijner, eleganter en evenwichtiger.
Ik heb het dan nog niet gehad over het feit dat hellingen voor een goede drainage zorgen zodat de wijnstokken nooit in het water blijven staan. Een bijkomend voordeel van deze wijnen is dat ze minder bekend en dus goedkoper zijn. Maar ik geef het u op een blaadje: dat zal niet blijven duren. Vroeger werden hoogte en koelte beschouwd als een nadeel, vandaag als een grote troef.